Denemarken: Seeland

We staarden op de kaart van de Dansk Cyklist Forbund en we lazen nog een keer de routebeschrijving van de Bikeline. We keken naar buiten en zagen de regen vallen en de wolken voorbij gaan. Het waaide en het regende op de eerste dag in Seeland. Om in Næstved te komen zouden we een lang stuk langs een drukke weg moeten fietsen en hadden we tegenwind. Het zou verstandiger zijn om de route wijzigen. Daarom weken we de volgende dag even af van de Oostzeeroute en volgden we de de routebordjes met de 9 erop naar Præstø aan de oostkant. Vanaf deze plaats, mooi gelegen aan de zee trouwens, gingen we met behulp van de routebordjes met het getal 54 erop naar Næstved. Het voordeel van bewegwijzerde routes: je hoeft minder op de kaart te kijken. Hoe de officiële route van Kalvehave naar Næstved is, weet ik niet. Maar ons alternatieve route was dan wel iets langer, het was een mooie route zo langs de zee en over de heuveltjes.

Denemarken Oostzeeroute: AlsÆrøLangelandLollandFalsterBogøMønSeelandFunen-Langeland-Ærø-Als

Gids Denemarken Oostzeeroute (Ook te koop bij: bol, amazon en de zwerver)

Aangekomen in Næstved dachten wij op de stadscamping te kunnen overnachten. Maar die vonden we niet. Bestond die wel? Ik betwijfel het, aangezien diverse allervriendelijkste Denen ons wilden helpen maar niemand wist van het bestaan van deze camping niet af. Telkens werden we doorverwezen naar het toeristische Karrebæksminde, tien kilometer verderop. En dat betekende dan ook tien kilometer extra tegenwind en tien kilometer langs een drukke weg op het fietspad fietsen. Toch maar gedaan, we moesten toch die kant op.

Karrebæksminde is met een erg leuke brug (ja, dat kan, als een brug eruitziet als een reuzeninsect, dan is dat een leuke brug) verbonden met het schiereiland Enø. Het was dat we vervolgens 36 uur onafgebroken regen hadden waardoor we weinig anders hebben gezien dan de tent en de plaatselijke warme bakker, maar met mooi weer lijkt het een prima plaats om aan het strand te vertoeven. Næstved is bovendien een stad met voldoende essentiële voorzieningen zoals een boekwinkel, een supermarkt en genoeg restaurantjes en cafeetjes om bij te tanken.

Een stad die mij ook aansprak op Seeland was Skælskør. Geen grote stad, geen grote plaats, maar er door heen fietsend zag je de oude gebouwen met vakwerk en in diverse kleuren. Het is zo’n plaats waar jaartallen op gevels staan die teruggaan naar de middeleeuwen. Het moet altijd al een levendige stad zijn geweest. Er naar toe fietsend zagen we andere oude gebouwen: landgoederen, kastelen, oude boerderijen. En er vandaan fietsend zagen we steeds vaker het symbool van de tegenwoordige Deense tijd: de brug over de Grote Belt.  Daar moeten we naar toe!

Plaats een reactie